egale handel in illegale dieren: Ameerega macero
Manú Poison Frog (Ameerega macero) photographed in Manú National Park, Peru. Kim Holzmann, CC BY-SA 25, via Wikimedia commons
Ontdekking en verspreidingsgebied
De Ameerega macero werd voor het eerst ontdekt in 1993 in het laaglandregenwoud van het Manu National Park, gelegen in de bovenste Madre de Dios-afwatering in Zuidoost-Peru. Deze soort werd aanvankelijk geclassificeerd binnen het geslacht Epipedobates. De initiële ontdekking in Peru werd gevolgd door waarnemingen in verschillende andere locaties, waaronder de afwateringen van de rivieren Urubamba en de Altos Purus-rivier, evenals de Ucayali-rivier. Buiten Peru is de Ameerega macero ook waargenomen in Brazilië, specifiek in het Parque Nacional da Serra do Divisor en Reserva Extrativista do Alto Juruá, in de staat Acre, wat de verspreiding van deze soort binnen het Amazonebekken benadrukt.
Fysieke kenmerken
De Ameerega macero kenmerkt zich door een extreem korrelige huid op de rug en achterpoten, een afgeronde canthus rostralis, en de lengteverhouding tussen de vingers, waarbij de eerste vinger net iets langer is dan de tweede. Deze soort valt ook op door een helderrode achterzijde, zwarte flanken, en felgele dorsolaterale strepen die van de lies tot de hoogte van de armen lopen, naast een opvallend blauwe buik met zwarte reticulaties. De grootte varieert tussen de geslachten, met mannetjes tussen de 25 en 26,5 mm en vrouwtjes tussen de 27,3 en 29,5 mm.
In vergelijking met soortgelijke soorten binnen het geslacht, onderscheidt de Ameerega macero zich door specifieke kenmerken zoals de aanwezigheid van onvolledige dorsolaterale strepen en onderscheidend kleuren.
Internationale beschermingsstatus
Sinds 22 oktober 1987 zijn alle geslachten van de Dendrobatidae-familie opgenomen op Appendix II bij het CITES-Verdrag en bijlage B bij de CITES Basisverordening (destijds Bijlage C2). Deze classificatie onderstreept de noodzaak van gereguleerde handel en bescherming van deze soorten, inclusief de Ameerega macero, om overexploitatie en bedreigingen voor hun voortbestaan te voorkomen. De opname op deze lijsten betekent dat elke (weder)uitvoer van de Ameerega macero, sinds zijn ontdekking, strikt gereguleerd is en alleen toegestaan met een door de bevoegde autoriteiten afgegeven (weder)uitvoervergunning.
Internationale handel
Uit de CITES Trade Database is gebleken dat er nooit levende exemplaren van Ameerega macero uit de range states Peru en Brazilië zijn geëxporteerd. De export die heeft plaatsgevonden, betreft uitsluitend dode specimens voor wetenschappelijke doeleinden, hetgeen in overeenstemming is met de wetgeving van beide landen, die de export van levende, in het wild gevangen dieren verbiedt.
Recentelijke ontwikkelingen
In januari 2020 werd in Nederland een aanvraag ingediend voor een uitvoervergunning voor 25 levende, in gevangenschap gefokte en geboren Ameerega macero.
Na de aanvraag voor een uitvoervergunning raadpleegde de CITES Managementautoriteit (MA) van Nederland de gifkikkerspecialist van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) om de risicoklasse van Ameerega macero vast te stellen. Deze specialist benadrukte dat de soort nooit legaal uit zijn natuurlijke verspreidingsgebied is uitgevoerd, wat duidt op een discrepantie met het feit dat de soort toch in de EU aanwezig is.
Als onderdeel van het bewijs van legale herkomst werd op 6 maart 2020 een overdrachtsverklaring overgelegd, die aantoonde dat de dieren in Duitsland waren verkocht en geregistreerd bij de bevoegde autoriteit van Freiburg. Een adviesverzoek aan de CITES MA van Duitsland werd gedaan om vast te stellen of de dieren conform artikel 54 van de CITES Uitvoeringsverordening waren gefokt. Dit verzoek benadrukt de noodzaak van samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de lidstaten om de legale herkomst van in de handel zijnde soorten te verifiëren.
Op 7 april 2020 volgt het antwoord van de CITES MA/DE waarin is aangegeven dat, nu de soort nooit legaal is uitgevoerd, het onaannemelijk is dat de specimens legaal zijn. Dit advies wordt echter door de CITES MA/NL niet als eindadvies beschouwd, en men blijft wachten op een definitief advies na volledige raadpleging van de CITES MA/DE van de bevoegde autoriteit in Freiburg.
Uiteindelijk trok de houder van de Ameerega macero op 29 juni 2020 uiteindelijk de aanvraag voor de uitvoervergunning in omdat hij de procedure te lang vindt duren.
Uitdagingen in de EU-markt
Ondanks de strikte CITES-regelgeving en de inspanningen van de lidstaten om naleving te waarborgen, toont deze casus aan dat Ameerega macero-soorten in de EU-markt zijn geïntroduceerd, ondanks het duidelijke bewijs dat er geen legale weg voor deze soorten naar de EU kan zijn geweest. Dit benadrukt een significante uitdaging in de strijd tegen illegale dierenhandel en de noodzaak voor verbeterde handhavingsmaatregelen en publieke bewustwording over de implicaties van de handel in beschermde soorten.
EU-beleid
In het onderzoeksdossier van deze zaak bevindt zich een e-mail gedateerd op 20 mei 2020 van een niet nader bekende CITES adviseur over de zaak, die zich afvraagt wat er op Europees niveau moet worden opgenomen in het guidance document over captive breeding ten aanzien van de vraag wat te doen we met nakweek waar ergens in het fokmateriaal (misschien wel vele generaties terug) illegaliteit zit?
Deze opmerking maakt duidelijk dat de implicaties van de legalisering van gesmokkelde dieren dan wel de daaruit voorgekomen fokbestanden niet voor iedereen helder zijn.
Consequenties legaliseren illegale dieren en fokbestanden
De Stichting Natuurwet benadrukt dat de legalisering van illegaal binnengesmokkelde nakweekdieren van nieuw ontdekte soorten zoals de Ameerega macero bijdraagt aan een problematische cyclus die de illegale handel in wilde soorten verder stimuleert. Het creëert een beloningssysteem voor smokkelaars, zelfs als hun oorspronkelijke poging tot smokkel ontdekt wordt. De relatief lage straffen die momenteel worden opgelegd bij ontdekking van smokkel – doorgaans kleine boetes – zijn niet afschrikwekkend genoeg om deze praktijken te ontmoedigen.
De situatie wordt verder gecompliceerd doordat wanneer een zending van een bepaalde soort binnen de EU is gelegaliseerd, het bijna onmogelijk wordt om handhavend op te treden tegen andere dieren van dezelfde soort die zijn gesmokkeld. De gelegaliseerde en niet-gelegaliseerde dieren zijn vaak onmogelijk van elkaar te onderscheiden, waardoor de deur openstaat voor smokkelaars om verdere illegale zendingen eenvoudigweg te integreren in de legale handelsstromen. Dit maakt niet alleen de handhaving binnen de EU problematisch, maar ondermijnt ook de inspanningen van de range states die de uitvoer van hun inheemse soorten hebben verboden. Deze landen worden zo effectief machteloos gemaakt in hun pogingen om hun natuurlijke erfgoed te beschermen tegen uitputting door internationale handel.
Deze praktijk kan ernstige gevolgen hebben voor de conservatie van soorten, aangezien het de waarde van illegale handel verhoogt en het risico voor smokkelaars verlaagt. Het is van cruciaal belang dat de internationale gemeenschap, inclusief de EU, de regelgeving en handhaving rond de handel in beschermde soorten versterkt. Daarbij moet ervoor worden gezorgd dat er duidelijke en consequente sancties zijn voor degenen die betrapt worden op het smokkelen van wilde soorten, en dat er geen mogelijkheden zijn voor de legalisering van illegaal verkregen dieren.
Standpunt Stichting Natuurwet
Het is vanuit het perspectief van Stichting Natuurwet essentieel om een duidelijke boodschap af te geven: illegale handel mag niet lonen en legalisering van illegaal verkregen dieren moet ten alle tijden worden vermeden om de integriteit van de conservatie-inspanningen te waarborgen en om de illegale handel geen voedingsbodem te bieden.