CITES Appendix I: strenge regels voor bescherming en fokprogramma’s
Soorten op CITES Appendix I zijn ernstig bedreigd en de internationale commerciële handel in deze dieren is strikt verboden, tenzij ze afkomstig zijn uit een erkend, duurzaam fokprogramma. Volgens de CITES-regels moeten commerciële fokprogramma’s:
1. Internationaal worden geregistreerd bij het CITES-secretariaat in Genève, waar wordt gecontroleerd waar fokdieren vandaan komen en of ze een legale herkomst hebben;
2. Bijdragen aan de instandhouding van wilde populaties, bijvoorbeeld door financiële steun of herintroductieprogramma’s.
Echter, de EU heeft deze registratie niet verplicht gesteld, waardoor commerciële fokkers binnen de EU vrij kunnen opereren zonder intensieve, internationale controle. Dit maakt het mogelijk dat illegaal gevangen vogels worden ‘witgewassen’ via speciale handelsroutes en als “legaal” op de Europese markt terechtkomen.
De beschermde status van de vier onderzochte vogelsoorten
De vier onderzochte vogelsoorten zijn niet alleen door CITES beschermd, maar vallen in hun herkomstlanden (zoals Bolivia en Brazilië) onder strikte nationale wetgeving die al tientallen jaren:
De handel en export van wilde vogels behorende tot deze soorten verbiedt;
Alleen in zeer beperkte gevallen en uitsluitend voor niet-commerciële doeleinden export toestaat, zoals wetenschappelijk onderzoek of herintroductieprogramma’s.
Ondanks deze beperkingen worden Ara glaucogularis, Amazona brasiliensis, Amazona rhodocorytha en Pyrrhura cruentata in Nederland op aanzienlijke tot zeer grote schaal verhandeld en geëxporteerd met officiële CITES-vergunningen. Dit roept serieuze vragen op over de herkomst van deze vogels. Als ze nauwelijks legaal uit hun herkomstlanden zijn uitgevoerd, waar komen ze dan wél vandaan?
Witwasroutes: hoe illegale vogels Europa binnenkomen
Uit internationale onderzoeken blijkt dat illegaal gevangen vogels vaak via omwegen de legale handel binnenkomen. De meest gebruikte routes zijn:
Smokkel naar een buurland van het oorspronkelijke verspreidingsgebied, zoals Argentinië, waar de regelgeving voor uitheemse soorten minder streng is;
Daar worden de vogels ‘gelegaliseerd’ en ‘gefokt’;
Vanuit deze landen worden ze met officiële papieren naar Europa geëxporteerd, vaak via landen met soepele controles, zoals Duitsland en sommige Oost-Europese staten;
Eenmaal in de EU kunnen deze dieren en hun nakomelingen met CITES-vergunningen verder worden geëxporteerd, zonder de lasten van internationale registratie en een bijdrage aan het behoud van de soorten.
Deze handelsroutes maken het mogelijk dat illegaal gevangen vogels zonder veel risico’s de Europese en Nederlandse markt bereiken, waar ze onder een schijn van legaliteit worden verkocht.
De rol van bevoegde autoriteiten en waarom dit niet wordt opgemerkt
In Nederland zijn drie instanties verantwoordelijk voor het toezicht op de handel in beschermde diersoorten:
CITES Managementautoriteit (MA) – Geeft CITES-vergunningen af en controleert of handelaren aan de administratieve vereisten voldoen;
CITES Wetenschappelijke Autoriteit (WA) – Controleert voorafgaande aan de afgifte van vergunningen of de instandhouding van de populatie door de handel in gevaar komt en of aannemelijk is dat dieren rechtmatig gefokt zijn;
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) – Controleert de handel en herkomst van beschermde diersoorten in de praktijk.
In het vergunningverleningsproces wordt echter vooral gekeken naar de administratieve juistheid van documenten, zonder diepgaande controle op de echte herkomst van de vogels. Als een handelaar papieren heeft die “kloppen”, wordt zelden onderzocht of de vogels daadwerkelijk uit een legaal fokprogramma komen. Hierdoor kan de illegale handel zonder veel problemen doorgaan.
Doel van het onderzoek en oplossingen
Het onderzoek van de Stichting Natuurwet heeft als doel:
De handel in deze vier vogelsoorten in kaart te brengen en bloot te leggen hoe illegale vogels legaal worden verhandeld;
De rol van CITES MA, CITES WA en de NVWA te analyseren en te laten zien waar de tekortkomingen in vergunningverlening en handhaving zitten;
Concrete maatregelen voor te stellen om de legale handel in illegale Appendix I vogels te stoppen.
Ons onderzoek richt zich erop aan te tonen aan dat de handel in deze ernstig bedreigde vogelsoorten in Nederland grotendeels mogelijk wordt gemaakt door gebreken in de systematiek van vergunningverlening en handhaving. Zolang er geen verplichte registratie van commerciële fokprogramma’s is en vergunningen worden afgegeven zonder grondige herkomstcontrole, blijven illegaal gevangen vogels via legale kanalen circuleren.
De Stichting Natuurwet zet zich in om deze misstanden bloot te leggen en pleit voor effectieve maatregelen. Alleen met een striktere vergunningverleningsprocedure en betere handhaving kan de legale handel in illegale vogels daadwerkelijk worden beëindigd.